woensdag 13 oktober 2010

Een terugblik op Debat 1... (week 2)

Het tweede college stond in het teken van het eerste te houden debat over internet en auteursrecht. Annemarie van Uden (tegen), Roos van de Weerd (tegen), Stephan Westphal (voorzitter), Lara Coomans (voor) en Rens Wiebenga (voor) positioneerden zichzelf voor 45 minuten als ware debaters. Ik zal dit debat in zijn algemeenheid analyseren en beoordelen aan de hand van de grondregels van een goed debat, die ik in het eerste werkcollege heb mogen ontvangen.


De voorzitter introduceerde het debat goed door iedere debater netjes voor te stellen en het programma kort in te leiden. Hier werd goed gebruik gemaakt van visuele ondersteuning (PPT). Vervolgens benoemde hij de volgende stelling die tevens het gehele debat zichtbaar was voor zowel het publiek als de debaters: “Het delen van auteursrechtelijk beschermde muziek moet volledig vrijgegeven worden”. De stelling was goed afgebakend, door het juist toe te spitsen op de muziek in plaats van de gehele branche. Dit zorgde er voor dat het debat niet kon uitwijken naar geheel andere onderwerpen en dat er duidelijke voor als tegen argumenten te benoemen waren. Daarentegen was de stelling in mijn optiek niet correct geformuleerd, doordat niet duidelijk werd om welke vorm van delen het ging. Daarom had ik de stelling wat specifieker en correcter geformuleerd, bijvoorbeeld: “Het illegaal delen van auteursrechtelijk beschermde muziek moet volledig gelegaliseerd worden”.Door de stelling op deze wijze te formuleren is het voor het publiek en de debaters duidelijk dat hier om het illegaal delen draait. Dit kwam daarentegen wel duidelijk terug binnen het debat.

Het debat was goed gestructureerd en overzichtelijk, doordat de voorzitter het gehele debat goed gebruik maakte van tijdslimieten die visueel ondersteunt werd door een zichtbare klok. Door het instellen van tijdslimieten zorgde de voorzitter er voor dat beide partijen evenredig hun bijdrage konden leveren binnen het debat. Daarentegen verloor het debat hierdoor wel haar dynamiek. Debaters konden namelijk niet direct inhaken op argumenten van de tegenpartij. De argumenten konden zodoende pas gepareerd worden wanneer de tegenpartij haar tijdslimiet was gestart, wat er weer voor zorgde dat de voorzitter eigenlijk nooit hoefde in te grijpen om bijvoorbeeld structuur aan te brengen, een debater te laten uitspreken,de discussie te bevorderen of om weer terug te komen tot de kern van het debat. Hierdoor kon het debat zo nu en dan wat statisch en geforceerd overkomen, waardoor het net leek als of beide partijen hun eigen presentatie aan het presenteren waren. Of dit nu door de opzet van het debat kwam of doordat de debaters te veel respect voor elkaar hadden weet ik niet, maar waar de voorzitter daarentegen wel zeer attent op was, waren de bronnen. Hij stond er ten allen tijden op dat de benoemde argumenten altijd academisch onderbouwt werden door het benoemen van het bronmateriaal, wat op haar beurt weer duidelijk bij droeg aan het academische niveau van het debat. Af en toe kon dit wat geforceerd overkomen, maar dit was zeker niet storend voor het debat.

Door het gebruik van tijdslimieten verloor het debat in mijn optiek aan dynamiek, maar dit nam niet weg dat de debaters een zeer goed debat hebben gevoerd. Zowel de voor- als tegenpartij hebben zich sterk verweerd binnen het debat. Ze kwamen beide met zeer sterke argumenten, die tevens goed onderbouwt waren met relevante bronnen en onderzoeken. Ook de manier van debatteren was overtuigend. Ze hadden allen een goede houding en spraken duidelijk en overtuigend. Met name Roos was in mijn optiek zeer sterk. Krachtige stem en overtuigend gesproken. Goed gebruik gemaakt van gebaren en zeer helder, kort en krachtig in haar argumentatie. Ook de manier van spreken beviel mij enorm. Af en toe wat populistisch taalgebruik maakte haar zeer geloofwaardig en overtuigend binnen het debat. Ik moet daarom ook concluderen dat de partij (Rens en Roos) die de stelling verdedigde in mijn optiek de besten waren. Dit in eerste plaats doordat zij het meest overtuigend waren in hun argumentatie, terwijl het verdedigen van een stelling als deze zeer lastig is. Een stelling als deze is namelijk bijna niet te verdedigen, omdat je altijd tegen het auteursrecht aan loopt. Maar de goed onderbouwde argumenten waren zeer overtuigend, maar ook het pareren van de argumenten van de tegenpartij was zeer sterk. Ze konden op een zeer effectieve manier de tegenpartij haar argumenten ombuigen in een tegenargument, en dit miste ik bij de partij die tegen de stelling was. Hoewel hun argumenten ook zeer sterk waren, bleven ze voornamelijk erg hangen op het gebied van auteursrecht. Ik had graag meerdere argumenten willen horen, want op het gebied van oplossingen hadden ze geen argumenten en kwamen ze ook zelf niet met duidelijke oplossingen. Dit terwijl de tegenpartij wel degelijk met goede oplossingen kwam.

Het debat was kortom een sterk en gestructureerd debat. Een debat waarin de voorzitter geen prominente rol hoefde te spelen, wat in mijn optiek ten koste ging van de dynamiek. Daarentegen tekende het debat zich wel door de vier sterke debaters. Die allen met sterke en goed onderbouwde argumenten kwamen, waardoor ik genoten heb van het debat en mij zelfs tot nieuwe inzichten heeft gebracht. Inzichten op het gebied van interessante onderzoeken die voor de stelling waren.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten